Une vente d’immeuble est annulée du fait de vice de consentement, en l’espèce l’erreur sur la substance.
Il apparait que cette erreur trouve (aussi) son origine dans un manquement du notaire à son devoir d’ordre public de conseil impartial.
L’annulation de la vente entraîne les restitutions : le vendeur rend le prix et l’acheteur restitue la bien.
Lorsque le notaire a commis une faute concourant à l’annulation, il doit réparer le dommage que l’acheteur a subi du fait de l’annulation.
Le prix qui constitue l’objet de l’obligation de restitution peut constituer un dommage tant que la restitution n’a pas été accomplie.
Ce n’est donc pas parce que le prix doit être restitué par le vendeur que ce montant ne peut entrer dans le dommage à réparer par le notaire si le juge ne constate pas que la restitution a eu lieu.
Cass., 23 novembre 2023, rôle n° C.22.0357.N, www.juportal.be :
“3. Krachtens artikel 1109 Oud Burgerlijk Wetboek is geen toestemming in een overeenkomst geldig indien zij door dwaling is gegeven.
Een overeenkomst die door dwaling is aangegaan, is vatbaar voor nietigverklaring.
De nietigverklaring van een overeenkomst die ex tunc uitwerking heeft, verplicht in de regel elk van de partijen ertoe de prestaties terug te geven die krachtens de nietig verklaarde overeenkomst zijn ontvangen.
4. Wanneer een nietig verklaarde verkoopovereenkomst mede tot stand is gekomen door een fout van de instrumenterende notaris, is deze notaris mede aansprakelijk voor de schade die de koper ingevolge de nietigverklaring lijdt.
5. De koopprijs die het voorwerp uitmaakt van de restitutieplicht, kan deel uitmaken van de door de koper geleden schade, zolang restitutie niet heeft plaatsgevonden.
6. De appelrechter stelt vast en oordeelt dat:
– de eisers eigenaar zijn van een appartement met parking ingevolge een aankoop bij notariële akte verleden voor de derde verweerster;
– de verkoopovereenkomst nietig is wegens dwaling;
– de nietigverklaring met zich meebrengt dat de partijen worden teruggeplaatst in de toestand waarin zij zich bevonden vóór de koop;
– de eisers aanspraak kunnen maken op de door hen betaalde koopprijs en de verloren gegane makelaarskosten;
– de terugbetaling van de koopprijs enkel gegrond is ten aanzien van de eerste en tweede verweersters als verkopers en niet ten aanzien van de derde verweerster als instrumenterende notaris die geen partij was bij de verkoopovereenkomst.
7. De appelrechter die de vordering van de eisers tegen de derde verweerster tot betaling van een schadevergoeding die bestaat uit de het bedrag van de koopprijs, afwijst zonder vast te stellen dat restitutie van de koopprijs heeft plaatsgevonden, verantwoordt zijn beslissing niet naar recht.”